Gambia komt misschien niet als eerste in je op als je denkt aan een zonvakantie, maar als je eens wat anders wil dan de Costa's of Côte d'Azur dan moet je zeker Gambia overwegen. Gambia ligt aan de West-Afrikaanse kust en het land is maar 250 kilometer lang en tientallen kilometers breed. Het kleinste land van Afrika en zelfs kleiner dan Nederland. Naast relaxen op een paradijselijk strand is het vooral ook een aangename kennismaking met Afrika. Ideaal voor Afrika-instappers. In vrij korte tijd ontdek je het échte Gambia. Wat je zoal kunt doen? Wij zetten de 5 must-do’s voor je op een rij.

In Gambia hoef je trouwens niet bang te zijn voor ebola, want Gambia = vrij van ebola. Ebola is zelfs niet in de buurt van Gambia geconstateerd en er wordt nauwkeurig op gelet dat ebola het land niet in komt.

1. Bezoek Makasutu forest

Makasutu Forest is een prachtig natuurreservaat aan de westkant van Gambia, niet al te ver van de River Gambia. Hier heb je de unieke mogelijkheid om in dit bos te verblijven in één van de Mandina Lodges. Echt een aanrader! Niet alleen de omgeving is indrukwekkend, maar ook zeker het verhaal van de twee Engelsmannen die dit hebben opgezet. James English en Lawrence Williams hebben niet alleen de lodges neergezet, maar zijn de oprichters van het gebied Makasutu. Toen dit gebied door boskapping werd bedreigd hebben ze het opgekocht en er 15.000 bomen geplant. Inmiddels is het een indrukwekkend geheel van bos en water, waar wilde dieren de vrije ruimte hebben. Hier spot je onder andere apen en veel vogels.

Lawrence Williams is ook initiatiefnemer van “The Open Walls”, een kunstproject waarbij vele (vooral buitenlandse) artiesten de dorpen in het Ballabu gebied doen opfleuren. Dit project is ook erg populair en het bezoeken meer dan waard, maar hierover in een volgende blogpost meer.

2. Ga naar de markt

Wil je echt kennismaken met de Gambianen en je onderdompelen in het Gambiaanse leven? Bezoek een markt! Dit doe je het beste in Banjul of Serekunda. Hier vind je de mooiste markten van Gambia. Let er wel op dat je niet naar de toeristische delen gaat, maar go local en laat je zintuigen het werk doen. Je vindt er Gambiaanse vrouwen die er hun waar aanprijzen. Vis, groente, vlees, kleding, huishoudelijke artikelen, alles is er te koop. Verwacht geen geordend geheel, want het is er nogal chaotisch. Neem ook een kijkje bij de vismarkt. Erg indrukwekkend omdat je daar de vis van de boot af ziet komen, zo het rookhol in. Hier staan mannen dag in dag uit hun vis te roken om het vervolgens weer op de markt te verkopen. Vis is in Gambia overigens heerlijk, verser kan niet!

3. Spot wilde dieren

Voor the Big Five moet je niet in Gambia zijn, maar toch zul je er voldoende dieren zien, want het blijft natuurlijk wel Afrika. Hou je ogen open voor prachtige vogels. Gambia is namelijk een waar vogelparadijs. Daarnaast tref je er verschillende soorten apen, leguanen, grote spinnen (ze doen echt niks) en je kunt er zelfs krokodillen aaien. Dit doe je bij de crocodile pool, waar zo’n 100 krokodillen (groot en klein) leven. Er liggen een stuk of vijftien uit te rusten op de oever en die kun je van erg dichtbij bekijken. Het is voor de Gambianen zelfs een heilige plek. Saillant detail: Gambiaanse vrouwen die moeilijk zwanger kunnen worden, komen zich wassen met het water uit de crocodile pool om zo hun vruchtbaarheid aan te wakkeren.

4. Maak een uitstapje naar Albreda, Juffureh en James Island

Voor een stukje geschiedenis kun je een dagtrip maken naar de voormalige slavenhandelsposten Albreda (de vroegere Franse handelskolonie) en Juffureh (de Engelse variant). Met een boot ga je naar de noordkant van de Gambia River en dat alleen al is de moeite waard: heerlijk ontspannen bootritje! Je komt vervolgens aan bij Albreda, wat in het tijdperk van de slavernij fungeerde als slavenfort. De resten zijn nog steeds goed zichtbaar en er staat een 19de eeuws kanon.

Het is ook leuk om de inwoners van het dorpje te ontmoeten. Grote kans dat je wordt verwelkomd door een groep zingende kindjes en dat het hoofd van het dorp (een oude dame in prachtige kleding) je persoonlijk de hand komt schudden. Er zit hier ook een klein schooltje, die grotendeels voor schrijfwaren afhankelijk zijn van giften, vergeet dus niet iets mee te nemen wat je kunt afgeven, zij zijn er dolgelukkig mee!

Enkele honderden meters verderop ligt Juffereh. In dit dorpje kun je het Nationale Museum bezoeken, waar je meer te weten komt over de slavernij.

James Island ligt midden in de Gambia River en bereik je met een kort boottochtje vanuit Albreda. Het eiland staat sinds 2003 op de UNESCO Werelderfgoederenlijst, vooral vanwege de restanten van een Engels fort uit de 17e eeuw. Door de prachtige ligging is rondlopen op dit eiland sowieso erg fijn.

5. To the beach...Paradise Beach!

Genieten van het mooie weer op één van de mooie zandstranden mag natuurlijk niet ontbreken in Gambia. Dé plek om dit te doen is Paradise Beach (echte naam Sanyang Beach) dat iets ten zuiden van Banjul ligt. Je komt er door een tourtje te boeken vanuit je hotel of een reisbureautje in de stad (kosten: 11 euro). Na een ritje in een open truck door een aantal dorpjes (met zwaaiende inwoners) kom je aan op Sanyang.

Het strand is breed, omzoomd met palmbomen en wat vooral opvalt is dat het er heerlijk rustig en ongerept is. Geen zonnebedden zij aan zij of enorme hotels, maar ruimte, een paar strandtenten, wat fruitkraampjes en that's it. Genieten maar!

Gambia heeft overgens een zeer betaalbaar aanbod van hotels, resorts en appartementen en de meeste accommodaties beschikken over een eigen zwembad.

Betaalbare, rechtstreekse vluchten naar Gambia vind je bij ArkeFly. Wil je Gambia ontdekken door middel van een rondreis? Bekijk ons overzicht met Gambia rondreizen.

Meer informatie over Gambia vind je hier:
www.visitthegambia.gm
https://www.facebook.com/gambiaNL